Salim Halali en de Shoah

 

Dit is het lied van iemand die getraumatiseerd is door de Shoah. Het raakt ook aan een persoonlijk trauma van Salim Halali. Sommige auteurs stellen dat zijn plotselinge vertrek van Parijs naar Casablanca, in 1949, te maken heeft met zijn ervaringen tijdens de Duitse bezetting van Frankrijk. Hoogstwaarschijnlijk is zijn zus, die bij hem inwoonde, samen met haar baby in 1943 vermoord in Auschwitz. Salim zelf ontsnapte ternauwernood aan deportatie.

 

Moi je suis d’un pays 

(Raymond Mamoudy, 1969)

Moi, je suis d’un pays
Et d’une race étrange.
Je n’ai pas d’horizons,
De frontières à mon coeur.
Le chant d’une guitare
Et puis mon âme change.
Je n’ai que des parents
Et des frères de coeur.
C’est comme les taureaux
Que l’on marque au fer rouge.
Eux non jamais dit mots,
On les parque, on les bouge.
Et le malentendus
Qui font jaillir le guerres:
Quand Dieu a disparu,
À chacun sa prière.
Moi, je suis d’un pays
Et d’une race étrange.
Je n’ai pas d’horizons,
De frontières à mon coeur.
Le chant d’une guitare
Et puis mon âme change.
Je n’ai que des parents
Et des frères de coeur.
Mon pays est l’amour
Et j’aime avec outrance
Les enfants des faubourgs
Qui vivent leurs enfance.
À cheval sur le vent,
Les yeux dans les étoiles
Et qui mangent le temps
Dans les matins trop sales.
Moi je suis d’un pays
Et d’une race étrange.

 

Ik ben een vreemdeling
en van een ander ras.
Ik heb geen horizon,
geen grenzen in mijn hart.
Het lied van een gitaar
En dan verandert mijn gemoed.
Ik heb alleen nog ouders
En broers van het hart.
Ze zijn als de stieren
Die men merkt met gloeiend ijzer.
Ze hebben nooit hun stem verheven,
Men sluit ze op en voert ze af.
En de misvattingen
Die oorlogen doen oplaaien
Als God is verdwenen:
Ieder zijn gebed.
Ik ben een vreemdeling
en van een ander ras.
Ik heb geen horizon,
geen grenzen in mijn hart.
Het lied van een gitaar
En dan verandert mijn gemoed.
Ik heb alleen nog ouders
En broers van het hart.
Mijn land is de liefde
En ik houd zielsveel
Van de kinderen van de voorsteden
Die hun kindertijd beleven.
Te paard op de wind
De ogen in de sterren,
En die de tijd verslinden
In de te gore ochtenden.
Ik ben een vreemdeling
En van een ander ras.

 

 

Toelichting

De zin ‘Ik heb alleen nog maar ouders en broers van het hart’ suggereert dat de zanger geen biologische verwanten meer heeft maar alleen zielsverwanten. In een necrologie van Salim Halali in La Gazette du Maroc citeert de auteur de tweede helft van de zin als ‘broers en zusters van het hart’. Misschien herinnert hij het zich verkeerd, maar het is ook mogelijk dat deze variant gezongen is op het podium.

Het laatste couplet lijkt te verwijzen naar een een dronken roes waarin je alle ellende even van je af hebt kunnen schudden. Totdat je de volgende ochtend door de grauwe werkelijkheid wordt achterhaald.

Ik heb het ook vertaald op rijm, maar dat ging niet zonder soms van de inhoud af te wijken.

Ik kom uit een land…

Ik ben van een ander ras, uit een ander land
Ik ken geen horizon, geen grens in mijn hart
Het lied van een gitaar zet mijn ziel in brand
Ik heb enkel nog ouders en broers van het hart
Ze waren als het vee
Bestemd voor de slachter
Ze bleven altijd gedwee
Men voert ze af, ik blijf achter
En de ban van de waan
Die tot oorlog aanzet
Nu God is weggegaan:
Ieder zijn gebed
Ik ben van een ander ras, uit een ander land
Ik ken geen horizon, geen grens in mijn hart
Het lied van een gitaar zet mijn ziel in brand
Ik heb enkel nog ouders en broers van het hart
De liefde is mijn staat
En die wil ik dolgraag geven
Aan de kinderen van de straat
Die hun kindertijd beleven
Te paard in de wind
Het hoofd vrij van zorgen
Die ik weer vind
In de vale morgen
Ik ben van een ander land en een ander ras

Reacties zijn gesloten.