De patrijzen in het bos, waar huilen ze om?

  1. Justinard 1926, p.63. Igzennayen.

Man iuɣin tiscrin dugmaru ɣir trunt?
D lbaz ig mmuten qɛa ugint ataṭṭunt.

De patrijzen in het bos, waar huilen ze om?
Ze kunnen de dood van de sperwer niet vergeten.

 

[De patrijzen staan voor vrouwen, de sperwer voor de man. ‘Sperwer’ is de wijze waarop Justinard het woord lbaz vertaalt, maar volgens Biarnay is het een valk  of torenvalk, volgens Renisio een gier, volgens Hart een havik. Wil de echte lbaz zich melden? Misschien is het van oorsprong Arabische woord lbaz een algemeen woord voor roofvogel. Het is ook mogelijk dat de betekenis van dialect tot dialect verschilt. En het kan zijn dat sommige taalkundigen niet veel van vogels wisten.]

[Rensio presenteert een izri van de Ait Iznassen die grotendeels hetzelfde is (113). Waarschijnlijk was het dus een izri uit het repertoire van de beroepszangers.]

Reacties zijn gesloten.