Donder op, o lafbek!

  1. Biarnay 1917, p.357. Ait Waryaghar.

Araḥ a bu-ḥiuf!
Mak-t-id sɣaɣ?
Idhec a iaruar!
A iarzm uqrṭas.
A ralla ima!

Donder op, o lafbek!
Wat zal ik betalen zodat hij sterft?
Hij is bang geworden, hij is gevlucht!
Hij heeft zijn kogels weggegooid.
O mijn moeder!

 

Biarnay:

Dit is een belediging die vrouwen schreeuwden tegen mannen die bang waren in het gevecht. Een strijder die gevlucht was, kon zich niet meer laten zien in het dorp omdat alle vrouwen en kinderen hem dan op deze manier zouden uitschelden. Volgens Biarnay 1915 hadden vrouwen een belangrijke rol in de strijd. Ze verzorgden de bevoorrading, moedigden de mannen aan (of scholden ze uit) en vaak schoten ze ook mee.

[Het lijkt me geen echte izri want hij rijmt niet.]

Reacties zijn gesloten.