O mijn moeder, o ja mijn broers, o ja!

  1.  Biarnay 1917, p. 330. Temsamane.

A iemma-aa-ha, a nεm aia tumat, nεm ha!
Mai axrid tazqqa? Aqqa: caar iuṭṭa.
Iuṭṭa x-mazia d-rzm-n-aabε.
Hazizuit, ai-edği, a tmizdit n-iazza, maɣaa-aa?

O mijn moeder, o ja mijn broers, o ja!
Wie  komt daar over de binnenplaats? Zie: het zand valt.
Het valt op mijn rok en op mijn dure riem.
Een bij, o mijn dochter, slanker dan een wesp, waarom?

 

Biarnay:

De dure riem is letterlijk een riem die vier (aabε) douro heeft gekost. De bij en de wesp staan voor elegantie en schoonheid.

[Dit is een langere variant van izri 8, met dezelfde interpretatie.]

 

Reacties zijn gesloten.