O vrouw, jij die je bevindt in een haren tent

  1. Renisio 1932,  p.200. Ait Iznassen.

Lalla, ai ten illan sadwi waxxam uzaf,
Iexs icem wul inu mani cem ɣa ittaf?

O vrouw, jij die je bevindt in een haren tent,
Je hebt mijn hart nodig, maar waar zul je het vinden?

Reacties zijn gesloten.