Wees trots, Fatma, wees trots

  1. Renisio 1932, p.201. Ait Iznassen.

Ɛannet Faḍma ɛannet ma ḥad Rebbi yucam
Abel abarxan ettarbaḥt en aitmam.

Wees trots, Fatma, wees trots nu de Heer je heeft voorzien
Van de zwarte wimper en een verzameling broers (= minnaars).

Reacties zijn gesloten.